Toen
ik die vrijdagavond in augustus naar huis terugkeerde met een hoofd vol
administratieve kopzorgen, had ik niet verwacht dat ons gezin dat weekend zou
uitbreiden. Op een bepaalde leeftijd is dat ook minder evident. Die zondagavond
kwam een kitten onze tuin binnengewandeld. Miauwend, want het beestje had
honger. Waar het vandaan kwam, heeft het niet verklapt. Zo discreet zijn
poesjes wel.
We
hebben het diertje daarop geadopteerd. Correctie, in feite heeft het ons
geadopteerd, geen overbodige nuance. Bij nader inzien bleek het een katertje te
zijn, dat we Alfred hebben genoemd. Mijn oudste dochter legde in die dagen immers
de laatste hand aan haar masterproef over de vrouwelijke leerlingen van de
kunstschilder Alfred Stevens. Bovendien schuilt in de naam een verwijzing naar
de betreurde zanger Freddy Mercury.
Alfred
is een hartenbrekertje. Het is een speelse poes, lief en charmant, zij het af
en toe (te) ondeugend. Merkwaardig detail: als ik het woord ‘provincie’ laat
vallen, begint hij prinsheerlijk te spinnen. Al durf ik niet helemaal uit te
sluiten dat het helpt dat hij daarna doorgaans zijn kattenmelkje krijgt.
Nu
was er in de buurt van Het Zuid, nabij het Sint-Annaplein, een broodjeszaak
waar ik ’s middags weleens binnenliep. Ik werd er altijd bediend door dezelfde
vriendelijke vrouw. Dat schept een band zodat je al een keer een woordje
wisselt, bijvoorbeeld over een belangrijk onderwerp als het weer.
Ik
nam mij voor om ook de blijde intrede van Alfred aan te halen. Tot mijn
ontsteltenis bleek de shop voorgoed gesloten. Voor het raam hing de mededeling
dat de uitbaters wegens het grote succes hadden moeten kiezen tussen hun twee handelszaken.
Met pijn in het hart!
Mij
deed het evenzeer pijn. Vooral omdat ik er niet meer terecht kon, ook wel een
beetje omdat we aldus een belastingplichtige voor de provinciebelastingen
verloren. Zo mercantiel ben ik wel! Het was een zoete troost dat het die
vriendelijke dame voor de wind ging.
Toen
ik de volgende keer passeerde, hing er evenwel een nieuwe boodschap. Een
curator liet koeltjes weten dat de onderneming failliet was en dat de inboedel
zou verkocht worden. Tja, soms zou je de waarheid liever niet kennen.
Ik
vertelde die avond aan de keukentafel over de broodjeszaak nabij het
Provinciaal Administratief Centrum. En Alfred? Die miauwde onweerstaanbaar,
knipoogde kort en begon daarna vrolijk te spinnen. Hij kreeg alvast een dubbele
portie melk. Nooit de intelligentie van een poes onderschatten!
PS: deze column verscheen eerder in het oktobernummer van 2019 van ProInfo, het personeelsblad van de provincie Oost-Vlaanderen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten