Noël en Karin waren terug naar hun
kantoor maar aan Robert had Freek gevraagd om nog even te blijven. Moest hij
nablijven als een opstandige scholier?
‘Zo,’ zei Freek, ‘zo.’ Hij aarzelde
en vroeg dan hoe het met Yvonne ging. ‘De trouwe Yvonne,’ herkauwde hij. Hij
kon het niet helpen dat dat ‘trouw’ enigszins onvriendelijk klonk. Freek hield
van heel wat vrouwen, zijn hart was veel te groot. Trouwe vrouwen pasten minder
in dat plaatje.
‘Goed,’ antwoordde Robert. Hij moest
eens weten, dacht hij. Wat een geluk dat Freek de pijnlijke waarheid niet
kende! Robert was echter liever terughoudend, zeg maar discreet wat zijn
privéleven betrof.
Andere werknemers namen hun privéleven mee naar kantoor. Elk
woord van de partner, elk zuchtje of slecht rapport van de kinderen, zelfs een
mank pootje van de hond of de kat, werd op kantoor uitvoerig behandeld en van
commentaar voorzien.
Bovendien kon hij zich niet inbeelden
dat Freek hem langer liet blijven om over Yvonne te praten. Yvonne waar hij
tijdens een borrel wel eens een woord mee had gewisseld, maar bij Roberts weten
zelden meer dan dat ene woord.
‘Fijn. Fijn om dat te horen.‘ Freek
klapte potsierlijk in de handen en wreef vervolgens aan zijn neus. ‘Iemand
denkt aan mij.’ Hij lachte. ‘Dat zei mijn moeder altijd: als je neus kriebelt,
betekent dat dat er iemand hard aan je denkt. En mijn neus kriebelt vaak.’
Hij
lachte opnieuw en ook Robert lachte, zij het wat geforceerd.Benieuwd naar het vervolg? Volg deze blog via mail (Submit: zie rechts bovenaan) en je ontvangt alle bijwerkingen vanzelf in je mailbox!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten