‘Mama, moet ik ook bloemkoolsoep?’
‘Bloemkoolsoep is gezond.’
Femke trok een vies gezicht. ‘Helemaal niet. Ik moet dan
altijd denken aan dat onschuldig baby’tje in de bloemkool.’
Mama keek haar ongelovig aan. ‘Grapjas,’ zei ze dan. ‘Je weet wel beter. Je zat nog maar in de kleuterklas toen je jouw juf al uitlegde waar de kinderen vandaan kwamen.’
Femke haalde de schouders op. ‘Kon ik het helpen dat de kleuterjuf dat niet wist. Die geloofde nog echt dat kinderen in kolen groeien.’ Ze loenste met slimme oogjes naar mama. ‘Maar door haar schuld zie ik nu wel elke keer als ik bloemkool of witte kool eet, onschuldige kindertjes voor mijn ogen.’
‘Het is al goed,’ zei mama. ‘je hoeft geen bloemkoolsoep. Als je daarna maar genoeg van het hoofdgerecht neemt.’ Ze gooide een klomp boter in de pan die bijna onmiddellijk begon te sissen. En niet teveel snoepen, wilde ze nog zeggen, maar Femke had reeds een zuurtje uit de snoepjesbokaal genomen en stapte naar buiten om samen met Fientje wat te fietsen in de wijk.
‘En voorzichtig zijn!’ riep mama nog na.
‘Alsof ik niet elke keer voorzichtig ben,’ zei Femke zachtjes
voor zich uit. Of toch bijna elke keer. Ze wilde haar leven toch nog enigszins
spannend houden.
Benieuwd naar het vervolg? Afspraak op zondag!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten