Er was een tijd waarin er wel naar
Robert Impens werd geluisterd, waarin zijn naam een passe-partout was die
deuren opende. Hij gold als een ongeslepen diamant toen, veel meer dan Freek
had hij de Belga Queen-campagne geïnspireerd. Maar ergens tussen de stoverij en
de vol-au-vent was hij de weg verloren. Robert was een anachronisme geworden,
zoals een digitale camera, een machinegeweer of een sjaal van Sporting
Anderlecht of Ajax in een ridderfilm.
Mogelijk was het anders geweest met
kinderen. Kinderen hielden je jong, zei men wel eens. Maar zij hadden geen
kinderen, al hadden ze heus wel geprobeerd. Lag het aan hem? Robert had het
nooit met wetenschappelijke zekerheid willen weten. Al had hij erg sterke
vermoedens, en Yvonne nog meer.
Robert wilde echter niet leven met zijn onvolmaaktheid.
De spiegel was reeds onverbiddelijk genoeg. Geen kinderen dus en op een dag had
Robert Impens ook geen vrouw meer. Alsof het leven een kansspel was, waar je
alles won of met lege handen achterbleef.
Het was niet uitgesloten, dacht hij
wel eens, dat hij Yvonne had kunnen paaien met een poes. Poezen kon je
weliswaar niet vergelijken met een kind. Toch konden ze zeer aanhankelijk zijn,
en als ze krols waren, leek hun gemiauw zelfs op het huilen van een baby.
Een
hond kon vanzelfsprekend ook. Een schoothond – een chihuahua, een dwergpoedel
of een pekinees - maar dat was zo’n cliché voor een kinderloos echtpaar, en
clichés hielden niet lang stand aan de koffietafel.
Benieuwd naar het vervolg? Volg deze blog via mail (Submit: zie rechts bovenaan) en je ontvangt alle bijwerkingen vanzelf in je mailbox!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten